dinsdag 16 maart 2021

De Vlaamse Canon III – Wetenschapsgeschiedenis


Wat zijn de hoogtepunten van de Vlaamse wetenschapsgeschiedenis? Wetenschap wordt natuurlijk over de grenzen heen bedreven en die grenzen waren vroeger nog beweeglijker dan nu. De wetenschapper kan uit Vlaanderen afkomstig zijn of naar Vlaanderen komen om een stukje geschiedenis te schrijven. Het enige wat wetenschap aan een natie bindt, is de gang van zaken in de economie van die natie. Wetenschap gedijt alleen op plaatsen waar het met de handel uitstekend gaat. En dat is in bepaalde periodes in Vlaanderen zeker het geval geweest. Hier is een top 7.

  1. Simon Stevin natuurlijk. De man die o.a. de decimale notatie van breuken beschreef. "Stevin de Wisconstighe" was ook natuurkundige en ingenieur. Van hem komt ook de wonderbare uitspraak: “Wonder en is gheen wonder”, zeer modern voor de tijd waarin hij leefde.
  2. Gemma Frisius was een Nederlander, maar studeerde en doceerde wiskunde en sterrenkunde in Leuven. Hij verdient wat meer bewondering voor zijn meetkundige basis van de cartografie, maar daarmee kwam hij net in de schaduw te staan van zijn meest beroemde leerling Mercator.
  3. Gerard Mercator bracht de cartografie op wereldschaal in beweging. Zijn eerste volledig wereldwijde atlas verscheen postuum, uitgegeven door Jodocus Hondius. Wist u dat die atlas reeds de verste uithoeken van de toenmalige wereld beschreef? Indonesië stond er al in... De mercatorprojectie is nog altijd nuttig in de navigatie. Let op als u over Mercator spreekt in het bijzijn van een Duitser. In Duitsland is Mercator bekend als volbloed Duitser. Dat is niet zo verwonderlijk. De ouders van Mercator kwamen uit het hertogdom Gulik, dat nu voor het grootste deel in Noordrijn-Westfalen ligt. Bovendien eindigde Mercator zijn carrière in Duisburg aan de Rijn, omdat de Vlaamse grond hem onder de voeten te warm geworden was door de godsdienstige twisten. Als je je onverdraagzaam opstelt, veroorzaak je brain drain naar het buitenland, en dan blijf je alleen achter met je hersenloze inquisiteurs.
  4. Vesalius die de basis legde van de menselijke anatomie.
  5. Jan Baptist van Helmont verdient wat meer erkenning. Hij leefde weliswaar nog op de rand van de alchemie en de hedendaagse wetenschap. Hij zou de eerste geweest zijn die inzag dat er verschillende soorten gassen bestonden en de naam gas zou ook van hem komen. Hij heeft ook heel wat nieuwe inzichten in de geneeskunde bijgebracht, o.a. inzake de spijsvertering en de rol van de zuurtegraad.
  6. Rembert Dodoens die de basis van de plantkunde legde.
  7. Erasmus kwam weliswaar uit Rotterdam maar zijn geleerdheid was een product van de Lage Landen. We vermelden hem niet als natuurwetenschapper maar als humane wetenschapper en taalgeleerde. Hij was de oprichter van het collegium trilingue in Leuven, waar ook Nicolaes Cleynaerts studeerde.

De meer recente wetenschapsevolutie laat ik aan anderen over. Voor de hedendaagse wetenschap gaat het vaak over grote ploegen van vrijwel onbekende wetenschappers onder leiding van een zeer bekende naam. Maar we vergeten dan dat dat in het verleden eigenlijk ook al het geval was. Vaak hadden bovenstaande wetenschappers heel wat gasten in dienst die hen de gewenste informatie of verzamelobjecten bezorgden. Wetenschap is altijd teamwerk geweest.

Zie ook wetenschap als roeping.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten