dinsdag 26 augustus 2025

Ode aan de ijver


"Zelo zelatus sum pro domino, deo exercituum."
 "Met ijver heb ik me ingezet voor de Heer, de God van de heerscharen". Elia antwoordt het telkens weer aan God zelf, als die hem tot tweemaal toe vraagt: “Waarom ben je hier, Elia?” Elia zegt het niet uit trots maar vanuit de diepst denkbare wanhoop. Hij is op de vlucht voor de afvallige heersers van Israël die hem willen ombrengen. Het zinnetje prijkt boven de ingang van het klooster van de karmelieten in Heverlee. Dat paste niet alleen wonderwel bij de Karmel spiritualiteit, het moest de leerlingen van het Sint-Albertuscollege wellicht ook tot ijver en offervaardigheid aanzetten.

We associëren ijver inderdaad vooral met werkijver of vlijt maar dat is niet helemaal wat Elia bedoelde. IJver is algemeen een soort brandend vuur voor een hoger doel. Bij Elia is dat eerder geloofs- en verkondigingsijver.

De Britse denker Roger Scruton stelt in zijn boek Against the Tide: Sacrifice is essential to achieve anything worth pursuing”. Hij denkt daarbij uiteraard op de eerste plaats aan het onderwijs. De verwerving van kennis en vaardigheden vergt een offer van leerling én leerkracht voor een hoger doel. Dat offer bestaat vooral uit ijver en tijd en dus ook uit geduld

De ijver staat de laatste tijd onder druk door de toegenomen nood aan zelfzorg. Die zelfzorg zou niet zo hard nodig zijn als we ons leven en dat van onze kinderen wat eenvoudiger zouden houden en minder zouden ingaan op alle mogelijke opportuniteiten. Misschien moeten we vooral ijveren voor vereenvoudiging. Maar de ijver kan als deugd toch wel wat herwaardering gebruiken. Ze past vooral goed in het rijtje van de deugdzaamheden (ijver, integriteit, discipline, wellevendheidplichtsbesef) die ons onderwijs zou moeten promoten.

Ik verwijs ook naar mijn blogs Voetjes op de Grond en Mozart Assassiné. In mijn Engelstalige blog Ode to Industry wijs ik erop dat de zuivere werkijver eerder een ideaal van onze economische wereld is dan een ideaal dat afkomstig zou zijn uit Bijbelse verhalen.

Foto: Portaal van voormalig karmelietenklooster in Heverlee 2024 ©Wim Lahaye

dinsdag 19 augustus 2025

Waar een wil is, is een weg naar waarheid

Niet alleen in de politiek en in de rechtsspraak, maar ook in de pers zijn we getuige van een ongeziene polarisatie. De hongerbelegering van Gaza kwam dagelijks in het nieuws, met daarin vooral aandacht voor de bombardementen, de honger en de ellende van de bevolking van Gaza. Deze berichtgeving trok een parallelle berichtgeving op gang in de sociale media die meende de nadruk te moeten leggen op de verantwoordelijkheid van Hamas. Hamas kon de oorlog beëindigen door zich over te geven en de gijzelaars vrij te laten.

Nu kan dit allemaal geheel of gedeeltelijk waar zijn, en we hebben gelukkig vrije meningsuiting,  maar ik werd vooral getroffen door het cynisme van lieden die beweerden dat het lijden van de bevolking ‘overtrokken’ was en dat de Palestijnen dit lot verdienden. (In deze twee beweringen zit al enige tegenspraak.) De beelden van uitgehongerde kinderen zouden niet uit Gaza maar uit Jemen komen. Andere beelden waren onoprecht want bij de uitgehongerde baby zat vaak een ‘dikke’ moeder die blijkbaar goed voor zichzelf zorgde. ‘Hamas’ plunderde humanitaire konvooien om te beletten dat die ‘de bevolking’ zouden bereiken. (Merkwaardig dat Hamas in het ene bericht wel gelijkgesteld wordt met ‘de bevolking’, in het andere niet, naargelang het bericht daardoor een effect van ontmenselijking krijgt of niet.) Het zou allemaal fake nieuws zijn. De Verenigde Naties zouden ons iets voorliegen. Zo zouden alle West-Europese media tot collectieve hysterie gebracht zijn en dit zou het ons onmogelijk maken een beeld van de werkelijkheid te krijgen.

In zijn artikel “Vrije meningsuiting in tijden van fake news” (Karakter 77) concludeert prof. Antoon Vandevelde dat de rechterlijke macht misschien zal moeten ingrijpen om de kwalijke gevolgen van fake news en AI enigszins te bestrijden. Het is inderdaad ver gekomen. Toch denk ik dat ‘de intellectuelen’ nog niet helemaal verloren zijn als zij door helder denkwerk de nodige antistoffen ontwikkelen. Het is wel een leerproces.

Ik zie misdaad, leugen en lijden aan beide kanten van het front. Dat is normaal, het gaat hier over een hongerbelegering na een terreurdaad, een specifieke vorm van oorlog, en dat brengt oorlogspropaganda. Beide zijden vertellen een eenzijdig verhaal, vol veralgemeningen die vooral als bedoeling hebben de andere zijde te ontmenselijken. Maar ze kunnen volgens mij een intellectueel van goede wil niet verhinderen zich een opinie te vormen. Hij moet wel bereid zijn verschillende bronnen met een open geest te raadplegen gedurende langere tijd. De bestaande bronnen (officiële pers, sociale media) zijn onvolmaakt. De waarachtigheid van één welbepaald incident (bom, schietpartij) is soms moeilijk in te schatten. Maar het bestaande aanbod is volgens mij voldoende om een autonoom denkend persoon met enig menselijk inzicht uiteindelijk tot een genuanceerde globale visie op de situatie te brengen. Daarbij primeren de gebeurtenissen en niet de sympathie (haat) die men voor een partij koestert. Waar een wil is, bestaat een weg naar waarheid en inzicht.

Hoe je dat inzicht eventueel in een politiek handelen vertaalt, is een andere zaak. Daar is overleg voor nodig. Als je in dat overleg tot de conclusie komt dat je onmachtig bent, kan dat ook een eerlijke conclusie zijn. Maar overleg is niet hetzelfde als boze tweets naar elkaar sturen. Het schokt me wel dat academisch gevormde mensen zo gemakkelijk oorlogspropaganda slikken en onbewerkt naar elkaar doorslingeren. Willen deze mensen de waarheid wel zien?

Ik verwijs ook naar mijn blogs Panter in de kelder, History Class Revisited en Wij denken wat u zegt .

Foto: Amman 1988 ©Wim Lahaye

dinsdag 12 augustus 2025

Alexander de Kolenbrander

In deze tijd van moeilijke opdrachten moeten we vaak op zoek naar het allerbeste talent. We moeten dus ‘resourceful’ of serendipiteitsvol zijn met menselijk talent in onze omgeving. Dat houdt in dat we oog moeten hebben voor verborgen talenten. En dat we in die talenten ook moeten blijven geloven. We moeten ook creatief zijn in wat we zelf zouden kunnen betekenen voor de maatschappij.

In de derde eeuw na Christus, zat bisschop ‘Gregorius de Wonderdoener’ met een groot probleem. Zijn collega, de bisschop van Comana in Pontus, Klein-Azië was gestorven. Gregorius vond niet onmiddellijk een goede kandidaat-opvolger. Daarom riep hij de bevoegde bisschoppenvergadering samen voor overleg.

Hij sprak tot de vergadering: “Je moet niet op het uiterlijk letten. Het gaat om de ziel.”. Eén van de aanwezige bisschoppen, lid van de vergadering, merkte schamper op: “In dat geval kunnen we even goed Alexander de Kolenbrander kiezen!” Deze Alexander de Kolenbrander was een zwartgeblakerde arbeider die in de buurt kolen brandde voor de goegemeente, een uiterst nederig werkje.

Gregorius de Wonderdoener geloofde niet in toeval en zag er terecht de hand van God in. Hij riep Alexander de Kolenbrander tot zich om hem te ondervragen. Deze bleek een Grieks filosoof te zijn die zich tot het christendom bekeerd had. Hij was kolenbrander geworden om in verborgenheid en armoede een rijk geestelijk leven te kunnen leiden. Gregorius de Wonderdoener liet hem wassen en het bisschopskleed aantrekken. De bisschoppen-vergadering stelde hem aan tot bisschop van Comana.

Opnieuw een oud verhaal inspirerend voor de nieuwe wereld, Dreamerswhodo.

Bron: Alexander de Kolenbrander

Foto: Kolenbrander van Constantin Meunier, Musée Félicien Rops, Namen 2025©Wim Lahaye