In dit boek schetst Geert Noels de zogenaamde duurzaamheidsrevolutie die zich in en door de huidige economische crisis moet voltrekken. Wie de actualiteit volgt, zal reeds vertrouwd zijn met de meeste thema's: de bankencrisis, de informatisering, de vergrijzing, de groeilanden, het energievraagstuk en de onzekerheid over ons klimaat.
Het boek is zeer lezenswaardig voor wie zich interesseert aan politiek en is voor leidinggevenden misschien wel verplichte lectuur. Het bevat ook een interessante passage over onderwijs ("Specialisering is voor insecten"). Zeer interessant vond ik verder het inzicht rond het demografisch venster, de beperkte tijdsspanne waarin een opkomend land zich kan ontwikkelen vooraleer het haar ontwikkeling geremd ziet door een eerste vergrijzing (vereenvoudigd geformuleerd).
Alle politici zouden inzicht moeten hebben in de beschreven mechanismen van de zelfvoedende onevenwichten die ontstaan wanneer de winsten door het individu opgeëist worden en de verliezen of de schade voor de gemeenschap is. Dat is zo met de bankencrisis, met de overbevissing van tonijn, met de files in alle steden en met de CO2 uitstoot in het algemeen. In het boek wordt dit uitgelegd aan de hand van "het drama van de schapenweide".
De auteur noteert dat de verzorgingsstaat aan vernieuwing toe is. Weliswaar wordt er nog teveel aan symptoombestrijding gedaan, maar de auteur verwacht dat de econoshock ons uiteindelijk zal dwingen koerswijzigingen door te voeren in de richting van een duurzame economie. Daar deel ik zijn analyse wel, maar niet zijn optimisme. Het is namelijk zo dat onze instituties en onze mentaliteit zich gedragen als een bedlegerige patiënt die niet wil genezen. We verkiezen zelfs de verdoving boven de genezing. De econoshock is geen schok meer, het is een chronische aandoening geworden.
Ik verwijs graag naar het principe van de goede huisvader in een technocratie en naar de triomf van de graaizucht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten