We weten het allemaal. Of we nu naar een voordracht of naar een theatervoorstelling gaan, het is de bezieling die alle verschil maakt. Dat is ook zo op het werk: mensen kunnen werken vanuit een persoonlijke bezieling en bedrijven kunnen werken vanuit een bedrijfs-eigen bezieling. En misschien is die bezieling op lange termijn de beste maatstaf voor succes.
Dat legt de auteur Rik De Wulf, haarfijn uit in dit nieuwe boek van uitgeverij Davidsfonds. Dit licht verteerbaar boekje bevat het meest relevante wat ik de laatste jaren over bedrijfsvoering gelezen heb.
Bezieling ontstaat wanneer mensen zich niet door externe druk, maar door intern verlangen bewogen weten op hun werk. Dat kan wanneer ze mogen handelen vanuit hogere waarden en in overeenkomst met hun eigen talenten en beperkingen. Er zijn ook bedrijven die hun mensen in min of meerdere mate deze vrijheid kunnen gunnen en die op die manier ook tot meer algemene bezieling op de werkvloer kunnen komen. Samen met de auteur ben ik ervan overtuigd dat dit de beste weg is naar succes, zeker in de kennisgebaseerde werkomgevingen waarin we nu eigenlijk allemaal "moeten" werken.
Het is belangrijk als individu of als bedrijf je hogere waarden te kennen, en vaak ontdek je ze pas echt als ze onder druk komen te staan. Het is duidelijk dat bezieling slechts kan bloeien als er vertrouwen ontstaat tussen medewerkers.
Het boek deed me ook even stilstaan bij het begrip authenticiteit. Eigenaardig, authenticiteit is "jezelf zijn" maar zijn we niet altijd onszelf, ook als we niet onszelf zijn? Een betere definitie van authenticiteit is: opkomen voor wat je zelf belangrijk vindt, voor je inwendige "hogere waarden". Je stelt je dan mogelijk kwetsbaar op, maar een goede werkomgeving weet dit te waarderen. Manager-tools noemde de mate waarin een medewerker zijn reputatie wil riskeren voor het bedrijf, de belangrijkste "performance indicator" voor diens beoordeling.
Authenticiteit staat dus ook dicht bij integriteit. Wie opkomt voor goede hogere waarden, is tegelijk integer en onberispelijk. Hij/zij kan weliswaar rekening houden met alle betrokken partijen maar laat zich uiteindelijk niet leiden door het menselijk opzicht, alleen door eigen waarden-gedreven inzicht, door hetgeen je ook "intellectuele eerlijkheid" zou kunnen noemen, al moet ik toegeven dat laatste term niet altijd toepasbaar is. Zuivere objectiviteit is immers in complexe bedrijfsbeslissingen niet altijd mogelijk. Maar Peter Drucker kwam eerder ook al tot dezelfde conclusie als de auteur (blz 106): "Integriteit is het hoogste goed in een onderneming".
Ik verwijs naar mijn eerdere blog met de ronkende titel: "Intellectuele Integriteit in het Industrieel Beleid".
Geen opmerkingen:
Een reactie posten