Er bestaat een anekdote over Niels Bohr dat hij een collega* ontving in zijn blokhut aan de Deense kust. De collega bezoeker merkte op dat Niels Bohr een hoefijzer aangebracht had in de blokhut als talisman – geluksbrenger. Hij vroeg aan Bohr of die zelf als geleerde wel kon geloven dat zijn hoefijzer geluk kon brengen. Niels Bohr zou daarop geantwoord hebben: “Ik geloof het niet, maar ze vertellen me dat het geluk brengt, zelfs als je het niet gelooft”.
Deze anekdote
zegt veel over wat geloof is. Geloof is geen wetenschappelijke zekerheid, geen
perfecte controle. Geloof is eerder een nederige houding van overgave. Het is
erkennen dat anderen meer zouden kunnen weten over het thema, iets wat ons in
deze tijd niet zo goed ligt. Het is alle zekerheid loslaten, de waarheid open laten
en in vertrouwen op anderen open staan voor het mogelijk positieve effect van je
geloofspraktijk.
Dat betekent niet
dat we alles kunnen geloven. Er moet minstens vertrouwen zijn dat ons geloof en
onze geloofspraktijk goed en gezond voor ons zijn. En dat vertrouwen
kan alleen groeien met de hulp van liefdevolle medemensen die in datzelfde
geloof zijn opgegroeid. Er moet ook respect zijn voor het geloof van anderen.
Ik verwijs naar mijn blog Groter dan mijn geloof en naar Belief Creates the Actual Fact.
(*) Wellicht niet Albert Einstein. De frequente wetenschappelijke dialogen tussen beiden hebben Einstein als bezoeker gesuggereerd, maar dat is dus een apocrief (=‘broodje aap’) verhaal.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten